De kok­kel


De kokkel leeft op de bodem van de Waddenzee. De kokkel die het meest voorkomt in de Waddenzee wordt vanwege zijn vorm ook wel hartschelp genoemd. De schaal is golvend en robuust.

De kokkel heeft een tongachtige voet waarmee hij zich kan ingraven in het wad. Daarbij wordt de voet in de bodem geduwd, daar verankerd waarna de schaal erbij wordt getrokken. In kleine wadpoeltjes zijn grotere kokkels goed te zien door hun twee sifonopeningen die in de zon reflecteren. Via deze korte adembuis kan zeewater binnenstromen. Met de kieuwen worden vervolgens kleine voedingsdeeltjes uitgefilterd.