De Oost-Friezen worden beschouwd als wereldkampioenen in het drinken van thee want iedereen drinkt hier per jaar gemiddeld 300 liter thee per persoon. Van oudsher kwamen familieleden al samen om thee te drinken en samen te genieten. En tot op de dag van vandaag is het een goede gewoonte in Oost-Friesland om gasten bij aankomst een kopje thee aan te bieden. Traditioneel wordt het aromatische drankje vaak geserveerd in porseleinen kopjes met zogenaamde “Kluntjes”, klontjes bruine of witte kandijsuiker. Na het knisteren van de kandijsuiker in de thee wordt er nog een beetje room toegevoegd. Op deze manier zorgt de room voor de finale: het bekende “Wulkje” (wolkje). Geen wonder dus dat hier in de loop der eeuwen een echte theecultuur is ontstaan. In vele theehuisjes kunt u genieten van een kopje Oost-Friese zwarte thee en in het Ostfriesische Teemuseum of bij Bünting in Leer komt u interessante dingen te weten over de teelt van de theeplant tot aan de productie van de beroemde Oost-Friese melange.
De culinaire reis in Oost-Friesland gaat verder als u wat bestelt bij een visbroodjeskraam. Hier krijgt u lekkere gebakken vis, makreel, broodjes zure haring en nog veel meer. Met iets lekkers aan de kust staan en zilte zeelucht opsnuiven... Wat wil een mens nog meer!
Moin! Wo geiht di dat? Oost-Friesland gaat hand in hand met de taalcultuur uit het noorden. Al in de tijd van de Hanze was het Platduits niet alleen de belangrijkste gesproken taal, maar ook een gerespecteerde geschreven taal. Beetje bij beetje raakte het Platduits op de achtergrond. Vandaag de dag wordt het “Platdüütsch” echter vooral in Oost-Friesland nog steeds dagelijks gesproken en wordt het dus nog steeds als een onderdeel van de cultuur gecultiveerd. Ter plekke hoort u als bezoeker nog menig “Spröök” (uitspraken).